kinderen van een maand of 14 kunnen nogal verschillen in schoenmaat; neem dus eerst de omtrek van het voetje, en pas daarop de grootte van zooltje aan; pas dan van het bovendeel de lengte van A-C-B aan (zie tekening)

neem een naadtoegift van tenminste 8 mm, bij het bovendeel alleen langs de onderrand een naadtoegift knippen

knip de zool van dubbele stof, eventueel kun je de buitenzool van antislip materiaal maken

stik de zolen en de bovendelen (van A naar C naar B) langs de zoolrand aan elkaar met de goede kanten (wat de buitenkant wordt) op elkaar

stik dan het voordeel (de neus) vast; dit moet aan beide kanten even ver het bovendeel overlappen (dus VOORBIJ de punten A en B komen)

prik dan het gewenste aantal vetergaatjes langs de rand van de bovendelen

terug naar overzicht